Detail
Besluit van het dagelijks bestuur van de Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant houdende regels omtrent de directeur Directiestatuut Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant
Besluit van het dagelijks bestuur van de Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant houdende regels omtrent de directeur Directiestatuut Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant
Het Dagelijks Bestuur van de Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant,
Gelet op artikel 16, tweede lid, onder c, van de Gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant;
Overwegende dat het Directiestatuut van het Dagelijks Bestuur van de Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant d.d. 5 april 2013 is vastgesteld;
Overwegende dat bij besluit van 10 december 2015 dit statuut is gewijzigd in “Directiestatuut Zuidoost-Brabant versie 1 januari 2016”;
Overwegende dat door organisatorische wijzigingen het wenselijk is om het aangehaalde statuut te actualiseren;
Artikel 4: Bijzondere omstandigheden
- 1.
-
2.
De directeur informeert, in overleg met het dagelijks bestuur of zo nodig terstond, de besturen van de deelnemers over een gebeurtenis die voor de deelnemers en van direct belang is en, indien van toepassing, adviseert de directeur de besturen van de deelnemers over de naar aanleiding van die gebeurtenis te nemen maatregelen.
Artikel 5: Afwezigheid en bereikbaarheid
- 1.
-
2.
Bij afwezigheid van de directeur treedt 1 van de afdelingsmanagers, aan te wijzen door de directeur op moment van noodzakelijke vervanging in de bevoegdheden, rechten en plichten als beschreven in het directiestatuut. Indien de directeur onverhoopt niet in staat is om zelf een vervanger aan te wijzen, zal vervanging geschieden zoals opgenomen in de “Vervangingsregeling directeur ODZOB”;
- 3.