|
|
De belasting wordt geheven naar het aantal overnachtingen in het belastingjaar. Het aantal overnachtingen wordt gesteld op het aantal overnachtende personen vermenigvuldigd met het aantal nachten.
|
|
Forfaitaire berekeningswijze van de maatstaf van he
f
fing
|
|
Voor de toepassing van dit artikel wordt verstaan onder:
|
|
|
kampeermiddel: tent, tentwagen, kampeerauto, caravan dan wel enig ander onderkomen of ander voertuig of gewezen voertuig of een gedeelte daarvan, voor zover geen bouwwerk zijnde waarvoor een bouwvergunning - dan wel na invoering van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel a, van die wet - is vereist; een en ander voor zover deze onderkomens of voertuigen geheel of ten dele blijvend zijn bestemd of opgericht dan wel worden of kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf;
|
|
|
vaste standplaats: een terrein of terreingedeelte dat deel uitmaakt van een kampeerterrein en dat ter beschikking wordt gesteld voor de plaatsing van eenzelfde kampeermiddel gedurende een seizoen of een jaar;
|
|
Voor kampeermiddelen op vaste standplaatsen, kan het aantal overnachtingen op een bij de aangifte gedaan verzoek van de belastingplichtige forfaitair worden vastgesteld.
|
|
Bij de forfaitaire berekening voor kampeermiddelenop vaste standplaatsen, wordt per standplaats:
|
|
|
het aantal overnachtende personen gesteld op 2,4 personen
|